Amsterdam steekt geld in fietsbrug over IJ en openbaar vervoer
Volgens wethouder Hester van Buren (Financiën) staat de Voorjaarsnota in het teken van verbinding, met oog voor de kwetsbare wijken. Om het openbaar vervoer op peil te houden in 2024, trekt de hoofdstad 7,5 miljoen euro uit. Ook reserveert de stad 300 miljoen euro voor het Zuidasdok, het doortrekken van de Noord/Zuidlijn naar Schiphol en een extra metrohalte. Daarvoor moet nog gespaard worden en een deel van bepaalde reserves ingezet worden.
De stad reserveert 100 miljoen euro voor een fietsbrug over het IJ, aan de oostkant van de stad. Om de brug te realiseren is minstens 300 miljoen euro nodig. De Vervoerregio draagt 75 miljoen euro bij. De gemeente zegt met andere partners in gesprek te gaan om de rest van het bedrag te financieren.
57 miljoen
Ook trekt de stad 57 miljoen euro uit voor de zogeheten Smart Mobility Hub bij de Johan Cruijff Arena: een gebouw met parkeerplekken voor elektrische auto’s, deelscooters en fietsen en op het dak een sportpark. Het Flevoparkbad in Oost wordt uitgebreid, de Jaap Edenbaan krijgt een nieuwe ijshal en komt er een fonkelnieuwe bibliotheek in Zuidoost. Verder is er geld voor het Slavernijmuseum en het nieuwe theater de Meervaart in Nieuw-West.
Toch kan niet alles, en bepaalde investeringen zijn geannuleerd "omdat de financiële vooruitzichten zorgelijk zijn en de schuld niet te hoog mag oplopen". Zoals het bouwen van twee zwembaden, een bijdrage aan de renovatie en uitbreiding van poppodium Paradiso en de nieuwbouw van het Bijlmerpark Theater. "Met de gemaakte keuzes binnen de grote projecten voorkomt het college hogere structurele lasten en schulden."
Amsterdam verwacht tegelijkertijd een tekort in de begroting van 90 miljoen euro, doordat gemeenten dan fors minder geld krijgen van het Rijk, zo werd bij het presenteren van de begroting vorig jaar in september al duidelijk. Dat zogeheten 'ravijn' wordt dieper, zo blijkt donderdag. Gemeenten houden door de maatregelen van het kabinet vanaf 2026 een structureel tekort van jaarlijks 3 miljard euro over. Hierdoor, en door stijgende rente en inflatie, loopt het structurele tekort op de gemeentelijke begroting verder op. Het college maakt zich daar zorgen over, maar bereidt zich voor om daarop "bij te kunnen sturen".