Stakingen in motorvoertuigen- en tweewielerbedrijven: monteurs eisen hoger loon

Door Nationale Transportgids / Johanne Levinsky
2 min
Medewerkers van garagebedrijven en autohandelaren starten vanaf dinsdag 4 februari met stakingen. De cao-onderhandelingen tussen vakbonden FNV Metaal en CNV en werkgeversorganisatie BOVAG zijn vastgelopen. De bonden eisten uiterlijk 31 januari een loonsverhoging van 7 procent, maar BOVAG bood slechts 2,3 procent. Dit ultimatum verliep zonder akkoord, waardoor stakingen onvermijdelijk zijn. Dit meldt FNV.

De eerste staking vindt plaats in Ridderkerk, waarna acties in andere regio’s volgen. FNV-bestuurder Murat Sekercan benadrukt dat de eisen blijven staan: “Het geld voor die 7 procent er. Daarom handhaven we onze eisen. We merken dat de grens is bereikt voor automonteurs. Zij verdienen al jaren te weinig.” Naast een beter loon klagen werknemers over extreme werkdruk. Door een personeelstekort draaien monteurs structureel overuren zonder voldoende rust.

Eisen van de vakbonden

Naast een loonsverhoging van 7 procent vragen de bonden om afschaffing van de jeugdlonen, automatische prijscompensatie in de cao, verbetering van de zwaarwerkregeling, zodat werknemers drie jaar voor hun AOW kunnen stoppen. Ook eisen ze betere vergoeding voor woon-werkverkeer, aanvulling van mantelzorg- en ouderschapsverlof tot 100 procent en een generatiepact: 60 procent werken, 80 procent loon en 100 procent pensioenopbouw.

In de sector werken ruim 84.500 mensen. Zolang BOVAG niet over de brug komt, houden de stakingen aan. “Tenzij BOVAG alsnog in beweging komt.”